Foto: Johannes vd Voorde
DUS?
Stefan Boonen in 10 (+1) vragen
Schrijf je kinderenboeken? jazekerst.
Hoe lang al? Mijn eerste boek verscheen in het jaar 2000
Waar woon je? In Kessel-lo (Leuven - België)
Bezoek je ook scholen of bibliotheken? Ja! Ik ga vaak vertellen en voorlezen.
Maak je ook illustraties? Neen.
Worden je boeken vertaald? Jawohl, si, evet, oui, yes, ja, ...
Heb je voor schrijver gestudeerd? Nee, ik leerde eerst voor timmerman en later deed ik orthopedagogie.
Wat doe je het liefst? Het liefst bedenk ik verhalen.
Hoeveel boeken heb je al geschreven? Meer dan 100.
Heb je hobby's? Ja, ik sport graag en ik lees graag.
Wat is je lievelingsboek? Daar mag ik (helaas) geen antwoord op geven.
Over Stefan Boonen (in een stuk door).
Op 28 oktober 1967 vierde ik mijn eerste verjaardag. Ik werd geboren en groeide op in Hamont-Achel. Dat is een plek in Belgisch Limburg, een dorp en tegelijk een stad. Nu woon ik in Kessel-lo, samen met mijn vrouw Lies en twee kinderen (Emma en Pieter).
Ik schrijf prentenboeken, boeken voor eerste lezers, graphic novels en romans. Daarnaast bezoek ik vaak scholen en bibliotheken, werk ik mee aan theatrale vertellingen en geef ik af en toe een schrijfcursus.
Voor mijn boeken werk ik graag samen met illustratoren. Met Melvin, Tom Schoonooghe, Jan Van Lierde, Marja Meijer, Anke Rymenams, Federico Appel, Julie Vangeel, ...
Ik krijg vaak de vraag wat je allemaal moet kunnen of doen om een schrijver te worden? Eerst en vooral moet een goede schrijver nieuwsgierig zijn. Niet bang voor beren of zoenen of de oertijd. Je moet houden van koffie en chocolade. Het is handig als je houdt van grapjes en goed kan dansen. Je moet doorzetten en graag in je eentje werken. Je moet kunnen luisteren (en zwijgen). Of de juiste vragen stellen. Het is nodig dat je graag leest en tegen een stootje kan. Je moet minstens 30 seconden je adem kunnen inhouden en wandelen met je handen op je rug. Het is ook belangrijk dat je houdt van taal en verhalen.